In 2011 ging ik alleen backpacken in Zuidoost Azië. Ik weet nog heel goed dat de eerste keer dat ik daar een yogales deed, gevolgd door een eindmeditatie, de tranen over mijn wangen stroomden. Ik voelde me voor het eerst weer echt in verbinding staan. Na jaren als een kip zonder kop doorrennen, mezelf keihard afstraffen in mijn hoofd op alles wat ik deed en hierdoor veel stress en migraine had. Ik voelde dat ik jaren een soort wandelend hoofd was geweest en dat ik nu weer kon zakken in mijn lichaam en in mijn hart. Dat ik kon voelen dat ik überhaupt een lichaam had. Een lichaam dat mij dingen wilde vertellen en signalen gaf.
Vanaf dat moment ben ik, naast de verschillende opleidingen die ik heb gevolgd om als psycholoog in de GGZ te werken met kinderen en hun ouders, mezelf dagelijks gaan verdiepen in yoga en meditatie. Ik ben steeds meer retraites gaan volgen; yoga retraites, stilte retraites, tantra retraites en ook retraites en ceremonies met plantmedicijnen, zoals cacao, truffle en ayahuasca. Ik voelde dat toen ik eenmaal op reis was, er geen weg meer terug was.
Ik voelde me steeds meer in verbinding staan en ik merkte dat mijn werk binnen de GGZ steeds minder klopte. Ik miste de menselijkheid, de pure, echte diepe verbinding van Hart tot Hart. Ik werkte met stappenplannen en protocollen gericht op de verschillende psychische stoornissen, maar ik had geen ruimte om mijn steeds luider klinkende intuïtie in te zetten en vanuit mijn Ziel te behandelen. Ik voelde dat alle kinderen die ik zag, onder de verschillende soorten psychische problemen, eigenlijk onderliggend maar één echt probleem hadden....